Strijdend ten onder

Photo Credits: Michele Ginammi

SGA 1A Pegasus1 – De Amstel1 (3½ – 4½)

Ietwat gehandicapt moesten we strijd aan gaan met het toch al hoger gerate De Amstel; we misten twee vaste krachten op de hogere borden. En een dag voor de wedstrijd moest de opstelling nogmaals worden veranderd. De invallers (Huub en Krijn) droegen meer dan verdienstelijk hun steentje bij met twee remises, waar er zelfs iets meer had ingezeten, zeker voor Huup.

De wedstrijd zelf golfde op en neer en het was niet te voorspellen welke kant de einduitslag op zou vallen. Op verschillende borden had er meer ingezeten. Maar zoals vrijwel altijd werden bordjes verhangen in het laatste kwartier en toen de stofwolken waren opgetrokken bleek de eindstand 3½ – 4½ in ons nadeel. (Dat had zo maar andersom kunnen zijn!)

De kleine nederlaag was onnodig en doet pijn. Maar we doen nog mee. De handhaving in de 1e klasse is nog steeds mogelijk.

Voor geselecteerde partijen, voor Pegasus leden, zie verderop op de website:

https://www.chess.com/clubs/forum/view/sga-1a-pegasus-1-de-amstel-1-2023-11-28

Bord 1. Lucas speelde een scherpe variant met zwart in de Caro-Kann. Zijn tegenstander wist deze variant goed te behandelen en de koning van Lucas had geen veilige plek op het bord. Er ontstonden allerlei complicaties, waarbij wit beter stond en Lucas niet goed onder de druk vandaan kon komen. Toen Lucas lang rokeerde had wit het nog lastig om de winnende voortzetting te vinden en werd het nog spannend, mede omdat beide spelers onder tijdsdruk kwamen. Uiteindelijk brak wit door met zijn aanval en kon Lucas na een enerverende partij opgeven. Verdiende overwinning voor de tegenstander van Lucas.

Bord 2. John speelde met wit een symmetrische Engelse opening. Na een witte dubbele fianchetto ontstond een gelijke maar ook complexe stelling waarin zwart zich wat beter thuis leek te voelen. John liet de ruil van 17…Lxg2 18.Pxg2 toe. Het paard stond een beetje krom op g2 en na de zwarte dame uitval naar h3 werd het precair. Een nauwkeurige verdediging had de partij nog binnen de remisemarge gehouden. John overzag echter de simpele verdubbeling op de h-lijn. Deze blunder betekende direct het einde van de partij.

Bord 3. Henk kreeg met zwart de Franse Tarrasch op het bord. Wit koos een solide voortzetting middels 15.Lg3 hetgeen het loperpaar aan zwart geeft, maar wel de complicaties van het (standaard) kwaliteitsoffer (ergens …Txf3) er uit haalt. Zwart kreeg een prettige stelling. Aanhoudende druk op d4 en na het dirigeren van de zwarte stukken richting koningsvleugel kraakte de witte stelling. Zwart stond (huizenhoog) gewonnen, maar in opkomende wederzijdse tijdnood zag Henk kleine spoken die steeds groter leken te worden. Wit kwam gevaarlijk terug in de partij. En zwart moest vluchten in eeuwig schaak. Dat gezegd hebbend, de uitvoering werd verprutst en plotseling kon wit winnen. (Maar wit was al lang blij dat het eeuwig schaak was na alle verwikkelingen).

Bord 4. Maurits speelde met wit en kreeg de Grünfeld tegenover zich. Zoals gebruikelijk in deze opening kon wit een groot centrum opbouwen maar had zwart tegenspel door te proberen dit centrum te ondermijnen. In een dynamische strijd leek het erop dat zwart het grote centrum volledig kon elimineren, maar door een tactische manoeuvre kreeg wit hier voldoende pionnen voor terug. Aan het eind had wit een betere pionnenstructuur maar zwart had veel druk. Uiteindelijk besloot wit om een pion te offeren om zijn stukken te activeren, maar zwart ging deze strijd niet aan. In enige tijdnood vond hij eeuwig schaak. Remise.

Bord 5. Hans speelde met zwart tegen een oude bekende van onze club. Ben de Leur. Ben opende met c2-c4 en Hans was gelijk de weg kwijt. We weten dat openingen zijn zwakke punt is (zijn eigen woorden! 😊). Hij kwam echter wonderbaarlijk door de opening heen en wikkelde af naar een middenspel waarin hij overmacht dacht te hebben. De engine dacht daar toch anders over. Niet meer dan 0.5 voordeel. De afwikkeling naar het eindspel was gunstig voor hem. Na een grove fout van zijn tegenstander luidde 27…d3+ een winnende mataanval in. Hans miste echter een prachtige kans op de 31e zet om de winst, die voor het oprapen lag, zeker te stellen. Met herhaling van zetten werd het remise.

Bord 6. Krijn stuurde met wit het spel via het London systeem, naar een overzichtelijke stelling. Hij had de dames op het bord kunnen en moeten houden waarna hij een klein voordeeltje zou hebben gehad. Na de dame-ruil was het erg remise achtig en de partij leek op z’n logische puntendeling af te koersen. In een tricky pionneneindspel maakte Krijn een grove fout, dat direct daarop door zijn tegenstander eveneens werd beantwoord met een grove fout. Daarna was de muziek definitief uit de stelling. Remise met kale koningen. Prima invalbeurt van Krijn!

Bord 7. Huup koos na 1.e4 voor de Caro-Kann. Wit week af middels een vervroegd f4, dat zwart de kans gaf de wit-veldige zwarte loper af te ruilen. Daarmee transformeerde de Caro-Kann in een voordelige Franse variant (In het Frans heeft zwart altijd een beetje een probleem wat te doen met Lc8). Huup speelde het voorbeeldig en op meerdere momenten had hij het hardhandig uit kunnen maken. De opkomende en latere echte tijdnood deed zich gelden en de stelling verzandde in remise. Prima invalbeurt van Huup!

Bord 8. Boris speelde met wit en bracht een gesloten Spaanse partij op het bord, waarin een vroeg Lf8-c5 van zwart volgde. Zo’n Archangel type variant is altijd direct veel scherper dan het meer standaard Lf8-e7.
Boris verkreeg voordeel(tje) uit de opening.  Door taai te verdedigen bleef zijn tegenstander echter ’staan’. Zwart kwam wel in een passieve stelling terecht waar het lastig voor Boris was om erdoorheen te breken. Boris besloot om, op het eerste gezicht, een aantrekkelijk toreneindspel te forceren middels 23.d5!?/?! In dit super lastige eindspel lieten beide partijen steekjes vallen, waardoor de uitslag zich tussen winst en (bijna) remise heen en weer bewoog. Maar het was Boris die als laatste lachte.